In de aanloop naar het verkiezingsprogramma voor de verkiezingen van volgend jaar sprak een groep geïnteresseerde D66-ers op maandag 11 april over kunst en cultuur, onder leiding van Henk Beerten. En ik was erbij.
Ik heb wel wat, maar niet zo veel aan de discussie bijgedragen. De discussie werd vooral gevoerd door mensen “uit de sector”, terwijl de geïnteresseerde buitenstaanders (zoals ik) voornamelijk observeerden.
Culturele infrastructuur in Nederland, dat was het onderwerp. Volgens de aankondiging dan, want op de discussieavond werd vooral veel gesproken over kunst. Uitvoerende kunst, en beeldende kunst. Maar vooral uitvoerende kunst. Over muziekonderwijs op school dat toch vooral door vakdocenten moet worden gegeven. Over de onderwijstaak van kunstmusea en theaters. Over gevestigde namen als Rijksmuseum en Concertgebouworkest versus nieuwe initiatieven die, heel misschien, ooit gevestigde namen worden. Over grote, professionele instellingen versus amateurgezelschappen als koren, fanfares en amateurtoneel. Over structurele subsidies versus het ondersteunen van tijdelijke projecten. Over kunst in de randstad versus kunst in de regio. Over het terugdraaien van de bezuinigen, het repareren van de schade, en nieuwe investeringen in de kunstensector.
Twee keer stipte iemand aan dat literatuur ook cultuur is. Ja, daar was iedereen het mee eens. Literatuur is ook cultuur. Maar dan ging het gesprek toch weer verder over symfonieorkesten. Of over opera. Of misschien over theater.
Over literatuur werd niet gesproken, maar het is in ieder geval benoemd. Ja, literatuur is cultuur. Maar onze geschiedenis is ook cultuur. Ons erfgoed. Onze tradities. Onze religies (probeer Rembrandt maar eens te begrijpen zonder religie). Griekse en Romeinse mythologie is deel van onze cultuur. Onze kerken, synagogen en moskeeën zijn dat ook. Onze begraafplaatsen. Onze folklore. De verhalen over witte wieven die nog steeds de ronde doen in Drenthe. De klederdracht van Schouwen-Duiveland. Andre Rieu op het Vrijthof. De Elfstedentocht. Onze architectuur – oude en nieuwe. Ons omroepbestel. Onze molens. Ons parlement. En nog veel meer.
Kunst en cultuur. Van iedereen, voor iedereen, voor iedereen anders*). Maar voor de aanwezigen toch vooral een avondje opera of theater, of een overzichtstentoonstelling van het werk van Jeroen Bosch.
Gelukkig schreven we niet de cultuurparagraaf voor het verkiezingsprogramma, die maandagavond. Het zou een eenzijdig stuk zijn geworden. Aan de programmacommissie nu de taak om een evenwichtige cultuurparagraaf te schrijven, die toch recht doet aan de input die we die avond geleverd hebben. Want we zijn toch niet voor niets naar Amersfoort gekomen.
Noten:
Discussieavond Culturele infrastructuur in Nederland, onderdeel van Agenda2020, een serie gesprekken van het Landelijk Bestuur met de leden van D66 over belangrijke thema’s, met het oog op de verkiezingen van volgend jaar.
Het citaat “[Cultuur is] van iedereen, voor iedereen, voor iedereen anders” is de titel (en leidraad) van een boekje van de Van Mierlo Stichting, en komt oorspronkelijk uit een essay van Alexander Rinnooy Kan.